De prijsstijgingen voor tolwegen in Spanje zullen volgend jaar gekoppeld worden aan de inflatie, net als vóór de coronacrisis

De investeringen in de transportinfrastructuur die in Spanje nodig zijn om een oplossing te bieden voor de stijgende vraag naar mobiliteit en de modernisering van netwerken bedragen volgens berekeningen van Seopan, de vereniging van bouwbedrijven en concessiehouders, ruim 150 miljard euro.

Alleen al voor het wegennet bedragen de noodzakelijke investeringen 24 miljard euro. Aangezien deze infrastructuur geen eigen financiering heeft, zoals dat het geval is bij andere infrastructuur zoals luchthavens (met de vergoedingen die Aena aan luchtvaartmaatschappijen in rekening brengt) of in de spoorwegsector (met de vergoedingen van infrastructuurbedrijf Adif).

Bij verschillende gelegenheden heeft de minister van Transport, Óscar Puente, de noodzaak op tafel gelegd om wegen te financieren met een pay-per-use-systeem, zoals het geval is in vrijwel heel Europa. De regering heeft dit voorstel zelfs opgenomen in haar hervormingsplan voor de Europese Commissie, hoewel het later werd ingetrokken. Het wegennet is een transportmiddel dat 86 procent van de mobiliteit van mensen en 93 procent van de goederen in het land ondersteunt.

Maar voorlopig zal er geen veralgemeend pay-per-use-systeem zijn en zullen de geldende tolwegen hun tarieven in 2025 opnieuw verhogen in lijn met de inflatie, zonder subsidies van de staat en doorgaan met het model van vóór de inflatiecrisis.

Dit werd uitgelegd door de president van Seopan, Julian Núñez, tijdens de presentatie van het rapport 'Análisis de la Inversión Prioritaria en Infraestructuras en España' (analyse van prioritaire infrastructuurinvesteringen in Spanje). "De stijging gaat automatisch in lijn met de inflatie. De regering wilde de stijging in andere jaren afzwakken vanwege de hoge consumentenprijsindex (CPI), maar we denken niet dat dit deze keer zal gebeuren omdat de inflatie al zeer onder controle is."

In 2023 werd de tolheffing op wegen met vier procent verhoogd in plaats van de bijna 8,4 procent die in lijn zou zijn geweest met de CPI van 2022, om de impact op gezinnen te verzachten. De regering heeft zich ertoe verbonden de tolexploitanten de komende jaren te compenseren. De exploitanten van het 1.500 kilometer lange netwerk van rijkstolwegen (waarvan de belangrijkste Abertis, Itínere, Glovalbía en Ausol zijn), die jaarlijks ongeveer 1,5 miljard euro aan inkomsten genereren, waren niet bereid de helft te verliezen van wat ze in 2023 zouden hebben verdiend, als de CPI-gerelateerde verhoging was toegepast.

Als gevolg hiervan stelde het ministerie van Transport, na intensieve onderhandelingen, een compensatie voor hen vast, hoewel deze veel minder was dan wat ze hadden gevraagd. In 2024 kwam deze compensatie al tot uiting in de toltarieven, die tussen de 5 en 6,65 procent stegen, bovenop de CPI.

Het ministerie van Verkeer en Waterstaat laat weten te onderzoeken wat de exacte verhoging per 1 januari zal zijn en dat er "nog niets besloten is". Als rekening wordt gehouden met het gemiddelde inflatiecijfer dat organisaties als Funcas voor 2024 hebben berekend, zal de tol op 1 januari met ongeveer 2,7 procent stijgen.

Nieuwe snelwegregels voor 2025 in Spanje

De DGT brengt enkele wijzigingen aan in de verkeersregels als reactie op het aantal ongevallen en andere problemen die al enige tijd zorgen baren.

Onder de nieuwe code met betrekking tot het gebruik van rijstroken op snelwegen en die van toepassing zal zijn op alle soorten voertuigen in situaties van grote drukte of bij ongunstige weersomstandigheden, zullen er twee opmerkelijke aanpassingen zijn.

Een punt dat aan artikel 31 van het Algemeen Verkeersreglement zal worden toegevoegd, is dat automobilisten bij hevige regen niet meer mogen inhalen. Van alle bestuurders wordt verwacht dat ze hun snelheid matigen en alleen de rechterrijstrook bezetten, terwijl ze voldoende afstand houden tot hun voorligger.

De tweede nieuwe regel is toegesneden op hulpvoertuigen in langzaam of stilstaand verkeer. Vaak zal een verkeersongeval files veroorzaken als automobilisten proberen om hun rit te versnellen door van rijstrook naar rijstrook te zigzaggen.

Vanaf 2025 mag dit niet meer en bij vastgelopen twee- en driebaanssnelwegen moet de linkerrijstrook leeg gehouden worden om de bereikbaarheid voor hulpverleningsvoertuigen te vergemakkelijken.

Enkele anders nieuwe regels komen er ook na campagnes van de Guardia Civil om strengere controles en boetes op te leggen aan automobilisten die inhalen op de rechterrijstrook, zelfs in de file.

Ook zullen degenen die niet voldoende versnellen bij het oprijden van een autostrade of snelweg onderworpen worden aan een of andere sanctie.

Goed nieuws is er dan weer voor motorrijders. Zij zullen bij stilstaand verkeer op de snelweg de vluchtstrook mogen gebruiken om de verkeersopstopping met maximaal 30 km/uur voorbij te rijden.

Het DGT-verkeersbord waarmee 150 km/u kan worden gereden

 

Dit is een vergunning die alleen door bepaalde voertuigen kan worden gebruikt, zolang deze vooraf zijn geautoriseerd.

Het V12-bord, bekend als de "testplaat", is een vergunning die door de Algemene Directie Verkeer (DGT) wordt verleend aan voertuigen die speciale tests of onderzoeksproeven uitvoeren op de Spaanse wegen. Volgens artikel 47 van het Algemeen Voertuigreglement maakt deze uitzondering het mogelijk de toegestane maximumsnelheid met 30 km/u te overschrijden, dus tot 150 km/u, en boetes en om puntenverlies op het rijbewijs te vermijden.

Hoewel de DGT-voorschriften duidelijk zijn over de maximale snelheid waarmee auto's en motorfietsen kunnen circuleren (120 km/u op snelwegen; 90 km/u op secundaire wegen; 30 km/u op stadswegen met één rijstrook) en 50 km /uur op wegen met twee of meer rijstroken in elke richting), zijn er enkele uitzonderingen. Dit is het geval met het V-12-signaal, dat het mogelijk maakt om sneller dan 120 km/u te rijden, dus op snelwegen mag men tot 150 km/u rijden.

Maar waar dient het V12-signaal precies voor en welke voertuigen kunnen het gebruiken om deze snelheidslimieten te overschrijden?

Tot 150 km/u op snelwegen 

Zoals uitgelegd door de DGT is het V12-sein een vergunning die wordt afgegeven aan voertuigen die een ‘buitengewone onderzoekstest of proef moeten uitvoeren op wegen voor openbaar gebruik, open voor algemeen gebruikersverkeer. Het is elke activiteit voor wetenschappelijke doeleinden, waarbij gebruik wordt gemaakt van een voertuig om het technische gedrag ervan of de onderdelen ervan in het verkeer te onderzoeken of om studies uit te voeren met betrekking tot de veiligheid, mobiliteit en vlotheid van het wegverkeer of structurele elementen daarvan. Dankzij deze accreditatie kunnen ze op de openbare weg snelheden tot 150 km/u halen zonder een boete te krijgen.

Om de test uit te kunnen voeren, moet het gebruikte voertuig vooraf toestemming hebben voor buitengewone tests of proeven. Volgens artikel 44 van het Algemeen Voertuigreglement kunnen de volgende personen hierom verzoeken:

- Voertuigfabrikanten of hun wettelijke vertegenwoordigers.

- Carrosseriebouwers.

- Importeurs, verkopers of distributeurs van motorvoertuigen, bromfietsen, aanhangwagens of opleggers, met een vestiging geopend in Spanje voor een van deze activiteiten.

- Officiële laboratoria of onderzoekscentra op het gebied van voertuigen of wegeninfrastructuur.

In uitzonderlijke gevallen kunnen entiteiten die niet tot een van deze categorieën behoren echter ook om deze toestemming verzoeken, “maar wel deelnemen of meewerken aan een buitengewone onderzoekstest of proef die wordt uitgevoerd door een entiteit die wel voldoet aan de vereisten voor toestemming.” voor autorisatie”, voegen ze eraan toe.

Voorwaarden voor circulatie

Voertuigen die over de bovengenoemde toestemming beschikken, moeten het V12-bord tweemaal installeren op de auto's die bedoeld zijn om deze tests uit te voeren en het gebruik ervan zal vooraf moeten worden goedgekeurd door de DGT. Bovendien mag niet zomaar iedereen achter het stuur van dit voertuig kruipen: alle bestuurders van voertuigen die dit bord voeren, zullen door het Verkeersbureau geaccrediteerd moeten zijn.

Op dezelfde manier heeft dit signaal een reeks beperkingen. Zoals beschreven in de regelgeving mag een voertuig met deze kenmerken de toegestane snelheid tot 30 km/u overschrijden, op voorwaarde dat het voertuig minimaal 72 uur is goedgekeurd. Bovendien kunt u dit alleen doen als de weg eerder is afgesloten voor algemeen verkeer. Het is belangrijk om te benadrukken dat deze tests in geen geval mogen worden uitgevoerd op stedelijke wegen, kruispunten of op trajecten met specifieke bewegwijzering die de snelheid beperkt.